DSC00369 websize

Marlène (14) tennist met beenprothese: ‘Kom maar op met die dropshots’

In het clubhuis van tennisvereniging De Gooische Vallei zit Marlène Out te wachten op het interview. ‘Zullen we aan de hoge tafel zitten?, stelt ze voor terwijl ze wijst naar de barkrukken. Soepel staat ze op van de bank en loopt naar de andere kant van de houten ruimte.

Niets bijzonders denk je waarschijnlijk. Voor veel mensen is dat zo, maar voor de 14-jarige Marlène ligt dat net even anders. ‘Ik werd geboren met een aandoening waardoor mijn been niet volledig was aangegroeid. Toen ik 1,5 jaar oud was werd mijn onderbeen geamputeerd. Dolgraag zou ik willen weten hoe het is om twee benen te hebben. Veel mensen merken helemaal niet dat ik een prothese heb, maar als ik loop, vind ik dat het er soms suf uitziet of voelt het niet helemaal top. Ik kom natuurlijk nooit te weten hoe het anders zou zijn. Daarom kan ik maar beter zorgen om met deze situatie zo goed mogelijk om te gaan.’

Trainen doet Marlène vier keer in de week. Drie keer bij LTC Soestdijk en één keer bij De Gooische Vallei in Hilversum. Competitie speelt ze het liefst in een jongensteam en elke uitdaging op de baan gaat de VWO-scholiere niet uit de weg. ‘De afgelopen competities speelde ik in een jongensteam. Dat beviel me goed. Jongens zijn direct en simpel, zonder gedoe. Dat vind ik fijn, haha.’

De goedlachse Bussumse deed vroeger aan andere sporten als judo en zwemmen, maar ze heeft het plezier gevonden in tennis waar ze naar eigen zeggen vrij kan zijn. ‘In tennis heb ik echt het plezier gevonden. Het geeft mij een gevoel van vrijheid. Alles wat er in het leven gebeurt, vergeet ik als ik op de baan sta. Tijdens een lange sessie ben ik in mijn hoofd alleen maar bezig om tegen die bal te slaan. En ik wil mijzelf bewijzen dat ik net zo kan zijn als iedereen. Dat ik net zo hoog kan spelen als anderen van mijn leeftijd. Ik ga niet zitten mopperen dat ik een prothese heb.’

(Tekst gaat verder onder de foto.)

Marlène speelde in het begin met een beenprothese die ze ook in het dagelijks leven gebruikte, maar deze bleek niet geschikt. Verschillende keren brak hij door de kracht die ze tijdens het tennissen zette. Het vertrouwen in het bewegen op de baan ging daardoor verloren. Tegenwoordig beschikt ze over een speciaal voor haar ontwikkelde sportprothese, waarbij de kunstvoet een soort blade is. Deze zorgt ervoor dat ze harder kan afzetten en soepeler kan bewegen.

‘De eerste paar stappen met de nieuwe prothese waren best eng, maar ik had zoveel geloof in de maker dat ik na één sprintje het vertrouwen op de baan terug had. Opeens kon ik ook weer huppelen, springen en losgaan. Dat was geweldig. Het enige dat ik niet kan is glijden met mijn rechterbeen. Dan struikel ik meteen. Maar, kom maar op met die dropshots hoor.’

De fysieke uitdaging is niet het enige waar de tiener voor staat. Mentaal is ze ijzersterk en een voorbeeld voor velen. ‘Ik ben me er van bewust dat iedereen naar mijn prothese kijkt. Dat vind ik soms wel lastig, maar op tennisgebied vind ik het niet erg. Als ik het ga verbergen dan beschouw ik het als iets slechts. Daarom vind ik het juist sterk om het zichtbaar te maken. Deze prothese is eigenlijk hartstikke lelijk en nog niet helemaal af. Daar moest ik in het begin erg aan wennen, maar nu denk ik dat hij er gewoon zo hoort uit te zien. Het moet niet mooi zijn of onopvallend, het moet juist zichtbaar zijn, want het is nu eenmaal iets dat bij mij hoort. Ik kan dat niet veranderen.’

(Tekst gaat verder onder de foto.)

Dat ze zoveel plezier op de baan beleeft heeft Marlène ook te danken aan de Bibian Mentel Foundation. ‘Een gewone prothese wordt gedekt door de verzekering en daar moet je het mee doen als je deel wilt nemen aan de samenleving. Een sportprothese is heel duur, maar wordt niet gedekt. Mijn sportprothese heb ik uiteindelijk van de Bibian Mentel Foundation gekregen. Deze stichting zorgt er voor dat iedereen met of zonder beperking kan sporten. Dat is een fijne steun geweest.’

De linkshandige Marlène kijkt graag naar spelers als Rafael Nadal, Carlos Alcaraz en Ben Shelton. Ze omschrijft zichzelf als tacticus op de baan. ‘Vanaf de baseline probeer ik dwingend te spelen. De laatste tijd train ik veel op de dropshot. Tactisch nadenken op de baan vind ik geweldig. Dat betekent dus niet per se alleen maar keihard slaan. Slice services en hoekjes maken is echt mijn ding. Als ik Shelton zie spelen dan probeer ik te kijken of ik bijvoorbeeld iets van zijn machtige service kan kopiëren. Hetzelfde geldt voor de dropshotjes van Alcaraz. Het is niet zo dat ik hen wil zijn, want ik wil vooral mijzelf zijn.’

Voordat Marlène op haar elektrische step vertrekt, deelt ze nog haar ambitie. ‘Op dit moment ben ik speelsterkte 6, maar een 4-tje worden is wel een mooi doel. Aan de andere kant wil ik er alles uithalen wat er in zit. Dan zegt rating mij niet zoveel. Voor mijzelf speel ik al op topniveau.’

Die laatste zin verdient het om te worden ingelijst en opgehangen in alle kantines van Nederland.

Lees hem nog eens en bedenk elke keer als je de baan opstapt de wijsheid van de 14-jarige Marlène Out uit Bussum: ‘Voor mijzelf speel ik al op topniveau.’